Hamilton™ Injectiespuiten voor GC PAL-autosamplers, CTC en LEAP Technologies: Microliter

Description

De reeks standaard en op maat gemaakte CTC-injectiespuiten voor autosampler zijn vervaardigd met het oog op de hoogst mogelijke nauwkeurigheid en precisie. Deze C-Line injectiespuiten beschikken bovendien over een nieuw afdichtingssysteem op basis van een nieuwe metalen veer voor het werken met verhoogde dichtheid, uitstekende prestaties over een groot temperatuurbereik en temperatuurgradiënten, een langere levensduur in vergelijking met traditionele injectiespuiten met lege ruimte en grotere nauwkeurigheid en reproduceerbaarheid van de gasruimte GC -analyse. Injectiespuiten in deze categorie zijn ofwel Microliter-injectiespuiten uit de 700- en 7000-serie of Gastight-injectiespuiten uit de 1700- en 1000-serie. Microliter-injectiespuiten hebben een roestvrijstalen plunjer die met de hand is aangebracht op de glazen cilinder, en zijn ontworpen voor vloeistofbemonstering. Gastight-injectiespuiten beschikken over een PTFE-plunjerpunt die een nauwsluitende verbinding verzorgt tussen de spuitcilinder en de plunjer, zodat vloeistof- of gasbemonstering mogelijk is.

• Gemaakt van PTFE/polymeer voor een betere temperatuurstabiliteit
• Beschikt over een flens voor eenvoudige installatie
• Verstelbare plunjerknop voor tussenruimte plunjerpunt
• Hub- en naaldontwerp voor nul overdracht

• Vaste naald (FN) bestaat uit een rechtstreekse bevestiging van de naald op de cilinder en voorkomt contact tussen de monsteroplosmiddel en het kleefmiddel om overdracht tot een minimum te beperken
• Speciaal gecementeerde naald (SN) heeft dezelfde kenmerken als een standaard injectiespuit met gecementeerde naald, maar heeft een specifieke lengte
• Gekartelde hub (KH) met uitneembare plunjer/naaldeenheid, de gekartelde hub wordt uitsluitend gebruikt voor injectiespuiten uit de 7000-serie

• Gecementeerde naald met luer-punt (LTN) voor injectiespuiten met gemiddeld volume
• Naalden die zijn gecementeerd in de cilinder van de glazen injectiespuit op de plek die overeenkomt met de nulmarkering, hiermee wordt het dode volume beperkt tot het interne volume van de naald
• Niet geschikt voor de autoclaaf
• Naalddikte wordt bepaald aan de hand van het spuitvolume en kan niet door de gebruiker worden geselecteerd

Soort naaldpunten

• Soort naaldpunt 2: Scherpe, afgeschuinde, gebogen, niet-borende naaldpunt aanbevolen voor septumpenetratie
• Soort naaldpunt 5: Conische naald met opening aan de zijkant voor de penetratie van septa, dun vinyl en kunststoffen zonder coring
• Soort naaldpunt AS: De naaldpunt met speciale conische vorm voor injectiespuiten voor autosampler, de niet-borende naaldpunt wordt aanbevolen voor septumpenetratie